Hoe komen brandstofprijzen tot stand in België?
Ruwe olie wordt op veel plaatsen in de wereld gewonnen. Deze wordt opgepompt en vervoerd naar raffinaderijen. Daar wordt de olie verhit en deels omgezet in brandstof voor auto’s en vrachtauto’s.
In België geldt voor elke aardolieproduct waaronder benzine en diesel een maximumprijs. Het is dus voor de pomphouders niet toegelaten om hun brandstoffen te verkopen aan een prijs die hoger is dan de vastgestelde maximumprijs. De maximumprijzen worden elke werkdag berekend in functie van de bepalingen die zijn vastgelegd door de Programma-Overeenkomst tussen de Belgische Staat en Energia (voormalige BPF). Energia is de sectororganisatie in België van ondernemingen die energieoplossingen aanbieden voor mobiliteit en verwarming. Het doel van de Programma-Overeenkomst is de bevoorrading van aardolieproducten in België te waarborgen en de volatiliteit van de consumentenprijzen van deze te beperken.
Economische omstandigheden
De prijs van ruwe olie is afhankelijk van vraag en aanbod. Bij een hogere vraag stijgt de prijs, bij een hoger aanbod daalt die weer. Daarnaast hebben factoren zoals bijvoorbeeld natuurrampen en gewapende conflicten invloed. De prijs van een liter brandstof bestaat voor ongeveer een vijfde deel uit de prijs van ruwe olie.
Strategische reserves
Ook het verwerken van de olie in de raffinaderij en de opslag ervan brengt kosten met zich mee. Na raffinage wordt de brandstof vervoerd naar depots en tijdelijk opgeslagen. Er moet vanwege internationale afspraken altijd een minimum hoeveelheid brandstof opgeslagen zijn; die worden ook wel de ‘strategische reserves’ genoemd. Mocht er een crisis zijn, dan kan de overheid altijd terugvallen op deze reserves.
Accijns en btw
Het grootste gedeelte van de prijs aan de pomp bestaat uit accijns en btw op de gehele brandstofprijs; Op de accijns wordt ook btw geheven. De accijns is een vaste heffing van de overheid op onder meer brandstof dat in een vaste waarde wordt aangegeven in eurocent per liter.